In het wiel van: Evelien Remmers

In het wiel van: Evelien Remmers

Voor deze editie van ‘In het wiel van’ sprak ik met Evelien Remmers. Ze is al heel lang lid en ze is ook trainer bij ASC Olympia.

De begin-vraag is altijd: hoe ben je zo bij het wielrennen terecht gekomen?

Het schijnt dat ik toen ik 8 jaar oud was tegen mijn ouders heb gezegd dat ik wilde fietsen. Waar het vandaan komt is niet helemaal duidelijk, want mijn ouders fietsen niet en we kenden eigenlijk ook niemand die fietste. Mijn oma zegt dat het in de genen zit, want mijn opa fietste altijd veel en vaak overal naar toe. Maar ik heb mijn opa nooit gekend!

Je bent dus werkelijk een intrinsieke fietser!

Ja kennelijk. Toen vond ik in de Westerpost een advertentie van ASC Olympia voor mountainbiken. Toen hebben mijn ouders als cadeau voor mijn 9e verjaardag mij daarvoor opgegeven. En nu – bijna 15 jaar later – fiets ik daar nog steeds!

Kon je toen ook al een fietsje huren?

Ja, de grijze en zwarte mountainbikes waren er toen ook al. Het is een heel fijn principe dat je een fiets kunt huren om te kijken of je het leuk vindt.

Ben je daarna ook op de weg gaan rijden?

Ja, aan het einde van het winterseizoen stapten Olympianen over naar het wegwielrennen en dat heb ik toen ook gedaan. Eerst op een huur-fietsje, maar binnen een paar jaar had ik al een eigen racefiets én mountainbike.

ASC Olympia - In het wiel van Evelien Remmers

Waren er toen al veel jeugdrenners?

Nee, toen ik begon was de jeugdafdeling van ASC Olympia veel kleiner en waren er weinig kinderen van mijn leeftijd. En er zijn maar heel weinig mensen van toen die nu ook nog steeds lid zijn, bijvoorbeeld Iris Siemons en natuurlijk Lucas Eenkhoorn; die zijn er ook al heel lang bij.

En je broer Bart fietst ook bij ASC Olympia.

Inderdaad, hij zat net als ik eerst op judo en hij wilde stoppen, maar van mijn ouders moest hij een sport blijven doen. En toen ging hij ook wielrennen. Hij doet het voor de gezelligheid, hij gaat in het weekend met mij mee een rondje fietsen. Dat is heel leuk.

Je bent uiteindelijk ook betrokken bij de trainingen, hoe is dat gelopen?

Toen ik 16 was, werd ik gevraagd om mee te fietsen met de jeugdtraining. De groep werd namelijk best groot en dan is het prettig was om een extra paar ogen te hebben. Dat heb ik twee jaar gedaan. Vervolgens ging de vereniging op eigen terrein een trainerscursus organiseren. Er deden al een aantal mensen mee en ik werd daar ook voor gevraagd. Ik was van de middelbare school af, zat toch in de studie-modus en het leek me wel leuk. Het waren vier zaterdagen praktijkles en natuurlijk theorie. Het was een voordeel dat ik al hielp bij de trainingen.

Hoe heet je diploma?

Wielertrainer 2

ASC Olympia - In het wiel van Evelien Remmers

Klinkt goed! Heb je dan ook wel eens zelf alleen een training gegeven?

Ja, bij de jongere groep, die trainen om 17:30 uur. We konden dan de groep opsplitsen, zodat je wat meer op niveau les kan geven. En in de zomervakantie als mensen afwezig waren. Dan planden we het zo, dat iedereen enkele trainingen gaf en zo was er ruimte om op vakantie te gaan. Ik heb geen training gegeven aan de oudere groep, want dan moet je het zelf ook wel bij kunnen houden en dat lukt niet. Bovendien vind ik trainen zelf ook heel leuk om te doen en als je zelf training geeft, lukt dat niet altijd.

Bijzonder dat de trainingen doorgaan in de vakantie, he?

Het is een service van de vereniging. Aan de ene kant fijn dat er iets is, maar in mijn tijd was dat niet en ik heb het ook niet gemist, want alle andere sporten hebben ook een zomerstop.

En in dit jaar is het helemáál apart met de Corona perikelen!

Zeker, ik realiseerde me niet eens dat het vakantie was, want het was voordien ook al zo rustig.

Hoe ben jij de afgelopen Corona periode doorgekomen, hoe heb je het ervaren?

Voor mij veranderde er niet superveel, want ik was bezig met m’n stage op de Vrije Universiteit bij de afdeling (bio)analytische chemie. Daar was ik in september 2019 mee begonnen en ik zou tot eind mei doorgaan. Vanaf half maart mochten we het laboratorium niet meer in, maar gelukkig had ik al voldoende data verzameld om een goed verslag te maken. Er is toen gezegd dat we meer de literatuur–kant op zouden gaan en de afdeling heeft meegewerkt dat het een goed verhaal werd en dat ik kon afstuderen.

Hoe heet jouw scriptie?

Development of Size Exclusion Chromatography and Ion Exchange Chromatography Applications for Snake Venom Analysis.

Wów, goede titel! Dat is dus een combinatie van theorie en praktische toepassing.

Ja, dat klopt. Aan de ene kant uit interesse naar wat er allemaal in slangengif zit, maar ook om anti-venom (anti-gif) te maken om slangenbeten te behandelen. Anti-venom is op dit moment het enige dat we hebben voor behandeling van een beet van een giftige slang. Maar we willen ook graag andere behandelingen onderzoeken, bijvoorbeeld symptoom bestrijding van het effect van één bepaald eiwit. Er zitten heel interessante eiwitten in, die onder andere gebruikt worden om medicijnen van te maken.

Heel boeiend! Freek Vonk is toch ook met dit onderwerp bezig?

Onze afdeling werkt inderdaad samen met hem, hij heeft een leerstoel over Snake Venom Research gekregen aan de VU. Er zijn in de wereld een aantal grote instituten die zich intensief bezig houden met Snake Venom Research: Naturalis in Leiden samen met de VU in Amsterdam, in Liverpool is een School For Tropical Medicine en ook in Singapore zit iemand die er heel veel kennis over heeft.

Hoor ik een uitstapje naar het buitenland aankomen?

Nee, dat denk ik niet. Ik kan zoveel kanten op, ik denk niet dat ik met Snake Venom verder wil gaan.

Je hebt me aan het begin van het interview verteld dat je geslaagd bent en dat je een prachtig cijfer, een 8, gekregen hebt voor je scriptie! Van harte gefeliciteerd! Ben je tevreden?

Ik ben heel tevreden, ik ben ontzettend blij dat ik het goed heb kunnen afronden.

Weet je al een beetje welke kant je op zou willen?

Aan het begin van mijn studie ben ik begonnen met Farmaceutische Wetenschappen en tijdens mijn Master ben ik bij Analytische Chemie terecht gekomen. Het is nog niet helemaal helder, ik ben me aan het oriënteren wat er allemaal mogelijk is. Ik vind heel veel dingen leuk. Op sommige vlakken staat het solliciteren stil in verband met Corona. Dus ik heb de tijd om er over na te denken.

Je woont hier in Nieuw Sloten he?

Ja, ik ga altijd op de fiets naar de VU. Één keer ben ik gevallen op het rode fietspad, uitgegleden over het enige stukje ijs dat er die winter was. Jas kapot, een blauwe plek en een grote schaafwond, dus toen ben ik die winter niet met de fiets verder gegaan. Ik maakte een rol, dus verder viel het mee.

Ja, je hebt judo gedaan he? Dan kan je ‘goed’ vallen.

Dat klopt, ik heb 4 jaar judo gedaan. De val-reflex is wel in orde.

Als je moet kiezen voor mountainbike en racefiets, heb je dan een voorkeur?

Juist de afwisseling is leuk. Nu aan het eind van het seizoen heb ik veel zin om weer op de mountainbike te stappen. Als je ouder wordt is, het fijn om zelf een ritje te maken. Bij voorbeeld in Spaarnwoude, daar moet je trouwens wel gevorderd voor zijn, het is een heel mooi, maar pittig parcours.

Je bent nu 23 jaar oud, dus al bijna 15 jaar lid van Olympia. Je bent nu niet als trainer aan de slag he?

Nee, dat lukte niet met de stage, dus ik heb me afgemeld voor dit seizoen. Gelukkig waren er voldoende trainers om de trainingen weer op te starten. Maar er zijn altijd weer nieuwe mensen / ouders nodig om mee te helpen en mee te fietsen. Dus wie dat leuk lijkt; stuur een mailtje naar ASC Olympia!

We spreken voor “In het wiel van … “ allerlei leden van ASC Olympia. Ze treden soms op de voorgrond, maar jij bent juist iemand die op de achtergrond heel actief is. We zien je bij de klussendag de keuken schrobben, bij een wedstrijd help je in het juryhok of bij de inschrijving; kortom een heel actief lid, geweldig!

De pure vrijwilliger, hahaha. Het helpen bij de wedstrijden en bij de klussen dag vind ik misschien nog wel leuker dan training geven. Het werken met jonge kinderen is iets wat je misschien moet leren, zeker als je nog zo jong bent als ik. Toen ik ging fietsen waren er mensen die hielpen met training geven en het heel leuk hebben gedaan. Op een gegeven moment stoppen mensen en dat begrijp ik helemaal. Ik vond het belangrijk om iets terug te doen, om bij te dragen aan de vereniging. Dat heb ik van mijn ouders meegekregen. Vroeger hielpen zij altijd bij de wedstrijden. Toen we 16 waren zeiden mijn ouders: “Als er hulp nodig is kunnen jullie altijd een beroep op ons doen, maar nu wordt het tijd dat jullie zelf ook iets gaan bijdragen.”

Wat een goede opvoeding! De klussendag is gewoon ook heel gezellig, he?

Ja inderdaad, je bent samen lekker bezig, het is gezellig en het is nuttig. En bij de wedstrijden is het alleen in de ochtend; prima om ’s ochtends mee te helpen.

Dat juryhokje vind ik altijd mysterieus. Wat doen jullie daar eigenlijk?

We willen elke ronde opschrijven wie er voorbij komen. Natuurlijk heb je nu MYLAPS, maar toch houden we het bij. De eerste rondes is de volgorde nog niet belangrijk, maar later wel. Als de groepen groter worden, schrijf je op dat het peloton voorbij is en daarna de nummers die er achteraan komen. Bij de finish schrijven we de iedereen op. Onhandig als het nummer aan de verkeerde kant zit! Bij ASC Olympia dus rechts van je rug opspelden.

ASC Olympia - In het wiel van Evelien Remmers

Wil je nog iets kwijt?

Sporten is belangrijk voor je fysiek, maar ook voor het mentale stuk. Je wordt op de training verwacht en het is lekker als je er even tussenuit kan om te sporten. Zonder vrijwilligers kan een vereniging niet voortbestaan. Iedereen is ergens goed in om mee te helpen!

Hartelijk dank Evelien, voor het leuke gesprek!