Olympia MTB-Gravelweekend: Genieten met een grote G
Vrijdag 14 tot en met zondag 16 oktober vond het jaarlijkse Olympia mtb-weekend plaats. Dit keer werd er gecrost vanuit en overnacht in kampeerboerderij De Blauwe Schuur in Amerongen. Nieuw dit jaar was dat er ook ruimte was voor het o zo hippe gravelen. Dit gingen Louise, Marloes en Luc dan ook meteen op vrijdagmiddag doen, voorafgaand aan de komst van de grote groep die avond. We waren nog geen half uur onderweg of Luc werd bijna beschuldigd van seksueel grensoverschrijdend gedrag. Beide dames dachten namelijk te horen dat hij vroeg: ‘Rijden jullie ook topless?’ Ternauwernood kon hij duidelijk maken dat hij vroeg of ze ook tubeless reden. Dat gravelen niet zonder gevaar is, ondervond dit illustere trio toen het op een landweg werd aangehouden door een man in een dure auto (‘Ik heb geen uniform aan, maar ik ben de boswachter’), die duidelijk maakte dat hier niet gefietst mocht worden. Braaf werd vervolgens de route over het asfalt voortgezet.
Die avond was het tijd voor bordspelletjes, waarbij vooral 30 seconds in de smaak viel. Hierbij moet een team binnen 30 seconden (maximaal vijf) woorden raden die iemand anders van het team omschrijft. De mooiste vondst kwam van Lev, die ‘politiek correct’ omschreef als ‘als iets goed is, maar dan door Mark Rutte’.
De volgende ochtend maakten de mtb’ers een verkenningsronde en reden Marloes, Luc en de voor één dag ingevlogen Julia een graveltocht. Opvallendste moment was een ontmoeting midden in het bos met twee Jehova’s getuigen, die een zeer halfslachtige en weinig enthousiaste poging deden het Woord Gods op ons over te brengen. Na een lunch met knakworsten maakten Marloes en Julia nog een graveltocht en ging de rest in drie groepen onder leiding van Martin, Harold en Louise de mtb-routes van Amerongen en Leersum onveilig maken. Iedereen genot volop op mountainbike of crosser en zelfs een enkele valpartij (ik noem geen naam) kon de pret niet drukken. Sommigen raakten niet uitgepraat over De Wokkel, een fantastisch chicane in het parcours. Louise, die
aanvankelijk op kop reed, nam al snel de rol van rodelantaarndrager op zich, naar later bleek om zich te sparen voor de spelletjesavond. Die brandde na een heerlijke pastamaaltijd in alle hevigheid weer los. Dit keer werd 30 seconds in gezinsverband gespeeld, waarbij gelegenheidsfamilie de Soplansinks een verpletterende zege behaalde op broer en zus Remmers en de vaders en zoons Brandwijk, Opheikens en Limonard. Aan een andere tafel werd het spel ook gespeeld, maar dan met een irritant alarm in plaats van de geluidloze zandloper. Het omschrijven van het woord potloodventer zorgde aldaar voor de nodige hilariteit. Het ingehouden fietsen van Louise die middag betaalde zich vervolgens ook nog uit bij het duizelingwekkende Ligretto, waar ze Harold, Robin en Luc op indrukwekkende wijze van tafel speelde.
De volgende ochtend trok de hele meute naar het mtb-parcours Rhenen, waar Marloes ontdekte hoe saai dat gravelen eigenlijk is en net als de rest het rondje niet één maar twee keer aflegde. Een andere ontdekking was dat twee van de slechts vier vegetariërs van het hele gezelschap (de stikstof- en klimaatcrisis is overduidelijk nog niet helemaal doorgedrongen tot het merendeel van de Olympianen) net als de dag ervoor voortdurend een straat- of beter gezegd bospadlengte voorlagen op de rest van het veld. Deze twee heren zagen dan ook een duidelijk verband tussen voedingspatroon en sportieve prestaties.
Na de lunch met heerlijke broodjes (vega-)hamburger was het tijd voor de laatste loodjes. De meesten deden nog een mtb-rondje. Matthijs werd overtuigd om op zijn mountainbike mee te gaan op een graveltocht met Marloes en Luc. Laatstgenoemde voelde en liet meerdere malen blijken dat het beste er wel af was, om vervolgens aan het eind op het fraaie Let de Stigterpad nog eenmaal de gashendel open te trekken. Een sneaky actie die op niet veel bijval mocht rekenen.
En zo kwam na het nuttigen van een maaltijd van rijst met sperziebonen en kipstu(c)kjes een eind aan een geweldig leuk Olympiaweekend. Van jong tot oud, overal zag je blije (en aan het eind ook vermoeide) gezichten. Dus als je er dit jaar niet bij was, zou ik volgend jaar zeker mee gaan!
– Luc Lansink